Forster tot Coffs Harbour

9 maart 2015

De laatste dag in Forster hebben we over de lange brug naar Forster Tuncurry gelopen. Op de lantaarnpalen van de brug zaten pelikanen maar ook 2 zeearenden. Aan de overkant zagen we veel Goffinkaketoes op de grond rondscharrelen. Helaas had ik mn grote camera niet bij me om een close up te maken. We zijn daarheen gegaan om in de andere rockpool te zwemmen. Vanaf de brug zagen we grote dikke lichtblauwe kwallen maar door een net werden ze buiten de rockpool gehouden. Tegen de tijd dat wij het water ingingen was er bijna niemand meer in de pool. Een pelikaan kwam met een groepje aalscholvers over het net. De pelikaan zwom in het midden en ik weet niet of de aalscholvers de grote vissen opjoegen maar zij vingen de kleintjes en de pelikaan de grotere. Het leek alsof de samenwerkten want ze bleven in die formatie drijven. 's Avonds gingen we even internetten voor de bieb maar de muggen joegen ons wederom terug de auto in.
Heerlijk dat we alles weer schoon en droog hadden voor de volgende etappe.
De volgende dag reden we langs de pitoreske kustweg verder naar het noorden. Er is ons 2x aangeraden via een visitor centre om naar het koala hospitaal te gaan in Port Macquarie. Iedere dag om 15.00 uur is er een rondleiding. We hebben die gedaan en het was weer heel leuk om de koalas te zien. Helaas vormt chlamydia een grote bedreiging voor koalas. Ze kunnen beter gemaakt worden maar geen garantie dat ze het nooit meer krijgen.
Op Bonny Hills bleven we overnachten. Een supermooie nieuwe camping en wij zaten eersterang met uitzicht over zee.
Volgende dag reden we via een lange mooie weg, de Oxley Highway, naar Armadale, één van de hoogst gelegen steden van Australië. We hebben een KFC gegeten en 's nachts regende het op de camping: Armadale Tourist Park. Ook was het best koud in de nacht.
De volgende dag wilden we eerst naar een plaatselijke fair. Wij dachten aan een markt zoals we die in Pacific Palms hadden waar lokale produkten verkocht werden maar dit was iets heel anders. Je moest entree betalen en we zagen een kermis op het terrein dus we zijn gelijk verder gegaan. Er werden ook allerlei dieren verhandeld, o.a. paarden. We reden door naar Wollomombi Falls on the Waterfall Way. Met veel regen is het een bruisende waterval in een diepe kloof maar er was recentelijk weinig regen gevallen. Het uitzicht in het ravijn was wel indrukwekkend.
Via een lange binnenweg reden we in New England National Park eerst naar een forellen kwekerij. We kwamen een half uur voor sluitingstijd aan maar hij zei toch langer open te blijven. We kregen een zak voer mee en konden de forellen in verschillende bassins voeren. Het leken wel piranhas hoe ze op de korrels aanvielen. We kregen nog een extra zak voer om de forellen in de kreek verderop te voeren.
Daarna reden we door op een lange gravel weg naar Thurungutti, een bush camping met een long drop en een kraan waar bruin water met bladeren uitkwam. We hadden zelf voldoende water bij ons en om af te wassen verwarmde we water uit de kreek die er schoon uitzag. Later hoorde we van wandelaars dat ze verderop in de kreek een platypus hadden gezien. Het had veel geregend die dag en ik kreeg het kampvuur niet aan. Alles was nat.
s'Nachts was het zo koud en regende het dat ik met joggingbroek en vest aan heb geslapen.
De volgende ochtend wilde we eerst een lyrebird wandeling doen. We lieten de tent staan hopend dat ie zou drogen. We hadden geluk wat de lyre bird betrof want nog maar vrij in het begin hoorde we er één en konden we hem spotten. Uiteindelijk lukte het me om tot een meter afstand te komen en bleef ie rustig door graven voor larven. Helaas had ik geen mobiel of Ipad bij me en staan de fotos en de filmpjes op mn camera. We liepen verder het schitterende regenwoud in en het lopen was niet makkelijk, hoge rotstrappen, glibberig en nauw, maar heel mooi. Veel (boom)varens. We misten een afslag en de wandeling werd daardoor een stuk langer maar was wel veelzijdig met een schitterend uitzicht vanaf de kliffen.
We kwamen hierdoor redelijk laat weer bij de tent maar het was inmiddels mooi weer en de plek was schitterend dus besloten we nog een nacht te blijven. Een familie wrens kwam langs, zoekend naar insekten. Het mannetje is blauw met een mooi smal hoog blauw staartje. Opnieuw probeerde ik een vuurtje te maken en dit keer lukte het met behulp van aanmaakblokjes van de buurman. We zaten tot laat achter het warme kampvuur en de nacht was gelukkig minder koud dan de nacht ervoor.

1 maart
Richting Ebor vervolgden we onze weg en maakten daar een stop om naar de 'upper' en 'lower' watervallen te kijken. We stopten bij het plaatselijke café waar Phil koffie en scones bestelde, jammer dat beide wat tegevielen. Er kwamen veel motorrijders langs. Bij de bezinepomp kochten we met honing gerookte forel die heerlijk bleek te zijn en een dozijn plaatselijke mini-kippe-eitjes voor $1,50. In Cathedral Rock National Park parkeerde we de auto op Barokee camping om nog een wandeling te doen. Al gauw zagen we moeraswallabies, met jonkies. Ik probeerde wat dichterbij te komen en stond zo in het moeras. Voelde iets in mn knieholte, zat er een dikke bloedzuiger. Kon hem er nog aftrekken voordat ie zn haak in mn been stak. Kleine bloedzuigers probeerden via mn schoenen mn huid te bereiken. Gelukkig had geeneen beet. Bij Phil daarintegen bloedde zn voet opeens en dat was haast niet te stelpen. Later adviseerde men zout mee te nemen zodat de bloedzuigers vanzelf loslaten als ze dat op zich krijgen. Dan blijft de wond ook minder lang bloeden.
Op Native Dog Creek Camping zette we ons tentje op. Daar liepen we de dingo wandeling en zagen geen dingo's maar wel een kangoeroe. Op een informatiebord stond dat er 580 soorten orchideeen waren in Australië. Die wandeling zagen we er 3 van. Ze waren zó klein en met het weinige licht kon ik alleen met de camera fotos maken. Er vielen tussendoor steeds buien. Weer terug op de camping kwam Jeff langs, een dakloze, eenzame ziel. Het lukte me gelukkig weer om met het laatste stukje aanmaakblokje een vuurtje te maken en we boden Jeff onze extra stoel aan die we gelijk aan hem weggaven. Hij hield wel van ons gezelschap en ging niet meer weg. De warmte van het vuur was nu heerlijk. Ook door de hoogte waren de nachten hier koud. Hij baalde ervan om snachts zn tentje uit te moeten om te plassen en dan weer met blubbervoeten zn slaapzak in te moeten kruipen. We gaven hem een lege cranberry fles mee zodat hij niet zn bed uit hoefde om te plassen. Wij hadden zelf een (plas)emmertje gekocht die makkelijk in de tent paste, ideaal!
In de verte zagen we de hele avond onweer. Die nacht kwamen de buien boven ons en hoosde het. De lichtflitsen volgden elkaar zo snel op dat er nauwelijks een pauze tussen zat. En het kabaal van de donder...! Keihard! Met gesloten ogen boven de dekens liggen deed zeer, zó fel was het licht. Je moest echt iets over je ogen leggen. Opeens een flits met hevig gekraak en donderend geknal waarbij de grond onder ons heftig schudde. Die moest ergens heel dichtbij ingeslagen zijn. We sliepen op een luchtbed met een dik matje erboven. Dat zou trilling dempen dachten we maar zo voelde het niet. Zó heftig ging het tekeer. Niet echt leuk om in te zitten. Maar goed, we hadden het allemaal overleefd en Jeff stond alweer bij onze tent de volgende ochtend. We deelden ons laatste brood met gebakken eieren en namen afscheid. We waren niet ver van Ebor watervallen en gingen nog even terug om te zien hoe het eruit zag na zoveel regen. Heel roodbruin water dus, en veel!
In Dorigo, een leuk dorp, heeft Phil een heerlijke muffin gegeten met een goede bak koffie en ik een stuk zalmtaart, ook heel erg lekker. Het bleef miezeren en mistig zodat we even wat fotos gingen uploaden bij de plaatselijke bieb. We wilden de canope (boomtop)wandeling doen bij het plaatselijke regenwoudcentrum maar de mist was te dik om iets te kunnen zien. Zelfs op de weg hadden we nauwelijks zicht.
Dan maar via Bellingen terug naar de kust rijden. Bellingen is een gezellig hippie dorp. We hebben nog even bij de backpackers gekeken voor een aparte kamer maar ze vroegen er teveel voor: $110. Bij de lokale supermarkt lamsworstjes gekocht (super lekker!) en groenten om een salade te maken. We reden door naar Coffs Harbour aan de kust en sloegen ons kamp op iets ten noorden van deze plaats op een luxe Big4 camping : Emerald Beach. We werden gelijk verrast door een grazende kangoeroe op het campingveldje. Heerlijk onze worstjes met salade gegeten, lekker gedoucht en een strandwandeling gemaakt. Het begon wel te regenen.
De volgende ochtend om 7.30 uur opgestaan en het was heerlijk zonnig. Eerst een wasmachine gevuld, tent ingepakt en een strandwandeling gemaakt terwijl de was hing te drogen. Ik kon het niet laten wat steentjes te verzamelen, zoveel mooie kleuren bij elkaar. Veel schelpen liggen hier niet. Het witte zand is zó fijn dat het zoeft/kraakt onder je voeten. We verlieten de camping pas om 13.15 uur, konden eerst met onze code de slagbomen niet meer door, hadden om 10.00 uur weg moeten zijn.

We hebben nog 2000 km voor de boeg en zullen nu meer km moeten maken...dat betekent veel plekjes overslaan en uitzoeken wat het meest interessant lijkt. Dat is wel even omschakelen omdat we het tot nog toe heerlijk rustig hebben aangedaan zonder op tijd te letten.

Foto’s

4 Reacties

  1. Anne Marie:
    9 maart 2015
    Bedankt weer voor het mooie verhaal!
    Ook de hartelijke groeten van Gert en José.
    XX, Anne
  2. Kees:
    9 maart 2015
    In die Koala opvang in Port Macquarie hebben ze een sneeuwkat/tijger of hoe het beest ook precies heet. Zijn ze erg trots op. Wat een takkeweer hebben jullie. Kan me alleen maar veel warmte herinneren...
  3. Monique:
    10 maart 2015
    Wat een mooie verhalen en foto's weer.
    Geniet nog ff.
  4. Joop:
    10 maart 2015
    R U Sure dat Jeff niet als verstekeling mee komt? Om de stoel terug te brengen? ;-)